Ze kan nu al wat vaker de s of b als beginletter gebruiken. Maar het liefste gebruikt ze nog de t voor van alles en nog wat.

uitspraken:
poehee, die is twaar teg! = poehee, die is zwaar zeg!
wowa tomt eraan hoor! = fiona komt eraan hoor!
Nee mama, wowa hebe al hedaan. Mama mag een anner teertje doen. = nee mama, Fiona heeft het al gedaan. Mama mag het een ander keertje doen.
Wowa heb niet tout hoo, wowa bent lette ophetist = Fiona heeft het niet koud hoor, Fiona is lekker opgefrist

Ze kan ook al behoorlijk wat italiaans. Het meeste horen we echter niet. Dit gebruikt ze ook thuis:
si
non
non c' e
basta
cosi
dove
qui
quoi
li/ la
a casa
andiamo
seduto
sono fiona
1 t/m 9
grissini
mangiare
aqcua
brioche
pane
foccacia
biscotti
mele
pera
frutta
yoghurt
le patate
macchina
moto
bicicletta
bambola
bimba
piccolo
grande
passegino
biberon
giardino
bagno
vasino
parco giochi
pannolini
cambiare
lettino
le scarpe
mio
la palla
i palloncini
la cucina
cane
gatto
mucca
cavallo
pecore
asino
blu
rosso
giallo
arancia
verde
bianco
nero


het is wel grappig dat in NL een hond woef-woef zegt, hier zegt hij namelijk bau-bau.